voor nieuwe vormen van wonen, zorg en ondersteuning

practice

In de praktijk - Volg hieronder de ontwikkelingen van verschillende projecten die zich richten op toekomstbestendige wijken en nieuwe vormen van wonen en zorg.

 

blog

Talkshow over diversiteit

DiversiteitLQalspng.png

Wie de zaal rondkijkt, ziet vooral witte gezichten. Goedopgeleide, welbespraakte mannen en vrouwen die zich vanzelfsprekend en met goede bedoelingen bemoeien met de maatschappij. Het is een bekend fenomeen: het gemis aan diversiteit. Waarom zijn ‘ze’ er niet, waarom doen ‘de anderen’ niet mee? Het ontbreekt aan diversiteit bij vele participatieprojecten of het bij sociale prijsvragen als deze is, bij hypermoderne stadslabs, of ouderwetse inspraakavonden. Even zo vaak staat het gemis op de agenda. Zo ook deze ochtend, op de werkconferentie van de Community of Practice rondom de prijsvraag Who Cares in Amsterdam: een talkshow over diversiteit. Uit vier hoeken komen antwoorden op de vraag naar de afwezigheid.

Bedekte normen zitten diversiteit in de weg

Een even origineel als ook tamelijk onthutsend beeld schetst Milja Kruijt van Delfshaven Coöperatie, Rotterdam. Zij zet het contrast voor en na gentrificatie op scherp. Het dagelijks leven in Rotterdam-West mag soms ruw zijn, er heerst wel degelijk een code. Met zoveel verschillende groepen dichtopeen ervaart iedereen wel overlast van elkaar. Maar met een ‘streetwise’ air leven de bewoners wellevend langs elkaar heen. Dit parallel leven schept een mooie basis voor een zekere vertrouwelijkheid. Tot er een groep komt die de wellevendheid schendt door zich wel als de norm op te werpen. ‘Mensen die in hun tuin ontbijten in plaats van er gewoon hun brommer repareren of het braak laten liggen’. De buurt raakt uit balans door de nieuwkomers.

Ook in het betoog van wooncoach Alida Landbrug klinkt kritiek door op impliciete normstelling. ‘Zorgorganisaties bereiken de oude Surinamers of Antillianen niet, omdat ze niet naar hen luisteren, zij vullen alles zelf in. De cultureel specifieke woonzorg waar behoefte aan is, komt niet van de grond, omdat organisaties vasthouden aan zorg zoals het nu geregeld is. Biedt mensen aan wat ze willen. Humor, een eigen keuken, goed eten, zang, spelletjes en ruimte voor eigenheid; dat is wat nodig is in woonzorglocaties. Juist die eigenheid telt op oudere leeftijd. Mensen willen zich niet meer aanpassen. Ouderen neigen naar het eigen ik.’ Harry Moeskops zal het later die ochtend ook aankaarten: bij veel groepen is de weerzin gegroeid om telkens te moeten zeggen ‘ik hoor hier, ik woon hier al zo lang’.Vanwege die eigenheid ziet Landbrug diversiteit niet zo zeer als een zaak van etniciteit of gender, maar meer als een kwestie van dimensies. ‘Wat heeft je gevormd, wat is jouw eigen geschiedenis.’

Onderling vertrouwen moet groeien

Monique Biloro bouwt ook voort op haar geschiedenis. Zij wil het Molukse model van een grootfamilie vertalen naar een eigentijdse woonzorgvorm. Haar idee van Mark_Us familiehuis heeft een eervolle vermelding gewonnen in de prijsvraag Who Cares, maar daarmee is het nog niet gerealiseerd. De grootfamilie bestaat uit meerdere gezinnen die op basis van onderling vertrouwen samenleven en zorg uitwisselen, niet alleen voor ouderen maar ook voor mensen met beperkingen, zoals Biloro’s zoon. Het is een van haar beweegredenen om dit concept uit te werken. In de Molukse context ontstaat zo’n grootfamilie vrij natuurlijk, maar hoe selecteer je in Nederlandse situatie mensen voor deze woonvorm? Onderling vertrouwen moet tenslotte groeien. De Molukse cultuur is een wij-cultuur, zo anders dan het individualistische Nederland. Nederland is ook een land van beleidsnota’s. Een parallelle werkelijkheid, die de realiteit wel degelijk beïnvloedt. Recente beleidsnota’s dicteren dat er geen doelgroepen meer zijn. We zijn allemaal hetzelfde voor de overheid.

Harry Moeskops, bestuurder bij non-profitorganisaties, signaleert onvoldoende bereidheid om zich in een ander te verdiepen. In Amsterdam, zegt hij, leven inmiddels vijftigduizend 65-plussers met een andere achtergrond, maar er zijn hooguit tien projecten voor hen. Zoveel gemakzucht, verzucht hij. Er zijn veel te weinig mensen die een brugfunctie kunnen vervullen tussen verschillende gemeenschappen. En de bruggen die er zijn worden niet genoeg gesteund. De Hollandse projectaanpak werkt heel goed voor het bouwen van een dijk, vat hij samen, maar voor het bouwen van een community moet je luisteren, tijd nemen, mensen ontmoeten.